Nou, daar sta je dan. Als moeder op de planken.
Acteren, ik? Nee, dat is geloof ik niet iets voor mij. Laat mij maar lekker zingen, veilig in de luwte. Dat is wat ik dacht. Maar te ervaren hoe leuk het is het om eens wat nieuws aan te boren in jezelf? Ja, daar ben ik dan ook wel weer nieuwsgierig naar.
Het zingen in het luchtige genre heeft mij naar dit koor getrokken en dat is wat ik prettig vind. Luchtig, maar wel met de gedrevenheid om er telkens samen weer een mooie productie van te maken waar we samen met veel plezier, enthousiasme, en gedrevenheid aan werken.
Blik verruimen
Mijn kleine rol in de vorige productie ‘Freudiana’, smaakte naar meer. Het daagde mij zelfs uit tot het zingen van een solo op het jaarlijkse Open Podium van ons koor.
Ik vind het dan ook een hele uitdaging om een acteerrol te vervullen in de nieuwe voorstelling ‘Recht van Spreken’. Welke rol dat moest zijn vond ik nog wel lastig om in te schatten. Dat heb ik aan de artistieke leiding overgelaten. Zij hebben gekozen. De acteerlessen van Wim, onze regisseur, vind ik spannend en vooral leuk om te ondergaan. Ik sta er onbevangen in. En daar sta ik dan plots, in één van de hoofdrollen. Dat voelt als een cadeau, een verrijkende ervaring.
Vertrouwen en plezier
Mijn uitdaging is om gezamenlijk een mooie productie voor het publiek neer te zetten, maar ook om samen met de andere koorleden en de regisseur de teksten te analyseren en te doorleven. Daardoor kunnen we betekenis geven aan de inhoud van het stuk. Het samenspel tussen koor en dirigent, het schaven en experimenteren met de muziekstukken en het script zijn fantastische ervaringen die mij energie geven. In een sfeer waarin vertrouwen en plezier sleutelwoorden zijn. Daarnaast is het ook bijzonder gezellig en inspirerend om in de oefenbijeenkomsten gezamenlijk met de koorleden aan dit stuk te werken.
Benieuwd?
Kom ‘Recht van Spreken’ met eigen ogen bekijken. Een familiedrama met een bizar verloop. Muziek en toneel wisselen elkaar af. Het script is van Wim Sanderse en de muzikale juweeltjes zijn geschreven door Christan Grotenbreg.
Marie-Thérèse te Bulte